Groen en blauw

Delen

Ze zijn er in groen en blauw. En met velen. Nee, geen kerstbomen, maar de jongens die voor onze veiligheid instaan. Militairen en politiemannen. Jonge jongetjes zijn het. Verrassend jong. Ik heb er mee te doen. Het weer is barslecht tijdens deze dag die amper licht vindt. Ze staan wat onwennig ter plekke te trappelen met een veel te groot wapen. Ook zij zitten nu veel liever bij hun moeder warme soep te drinken. Groen en blauw op straat. Toch hou ik meer van kerstbomen.
Hoe moet het nu met de kerst? Zou kerst dit jaar afgelast worden? Kerst is druk, veel volk, gezellig, familie, feest, pakjes, vrede jawel. Een – laat ons zeggen – ideaal doelwit voor Daesh. Hoe beschermen we kerst? Zou Minister Jambon huis aan huis de kerstbomen bewaken? Ik weet het niet.
Wat ik wel weet, is dat ik ook dit jaar op zoek ga naar kerstkaartjes. Kleurige hebbedingetjes met veel variëteiten van Meilleurs voeux. Kerstkaartjes schrijven is Kerstmis op zich, een bezigheid die cultivatie verdient. Je denkt aan de mensen naar wie je zal schrijven, je slijt uren in de Fnac op zoek naar een authentiek plaatje want aan e-cards doe je niet, je bedenkt wat je die mensen wenst, je krijgt het warm van al die mooie woorden en je pent ze neer, je post het kaartje. Met wat geluk heb je de ontvanger verrast of ontroerd. Hoe blij kan een ritueel je maken?
Ik pleit in deze donkere tijden voor meer kerstkaartjes. In alle kleuren. Ik pleit ook voor kerstbomen op straat. En ik wens de groene en blauwe jongens een heerlijke kerst, thuis bij hun mama.

Hallo, ik ben Sigrid.

Hier lees je over de dingen waarvan ik hou: over Griekenland, over Athene in het bijzonder, over gebak en koffie, over wijn en whiskey, over reizen en culturen, over muziek en over boeken.

Mijn blog probeert mijn gedachten te volgen, hoppend van het één naar het ander. Zelden rustig. Zelden heel lang ernstig.
Veel leesplezier.

Contact: sigrid.lapiere@gmail.com

Gerelateerde artikels

Dimitri Verhulst is een goede kusser. Dat is een aanname, een veronderstelling die ik zelf al te graag geloof. “Wat ik wil zeggen: ik mis de kus.”
Ik betaal de taxichauffeur en stap het plein op, richting bar. De jongen aan de receptie groet mij en ik loop door tot de lift. Zesde verdieping. Deze lift kent mij beter dan ik mijzelf. In de bar is het nog rustig. Alex loopt naar mij toe en groet mij hartelijk. We nemen plaats en ik lach eens naar de barman. Wat ik wens te drinken? Negroni natuurlijk.
Ik lees Een wonderlijk gemis van Christophe Ono-dit-Biot. Beter dan deze titel kan ik niet omschrijven hoe ik het gemis ervaar. Maar naast een wonderlijk gemis wacht er een wonderlijk leven.
Contact

sigrid.lapiere@gmail.com