In Griekenland, aan de grens met Macedonië staat een jongen van twaalf, zonder ouders, alleen met velen. Hij weet niet waarheen. Hij weet ook niet hoe of wanneer. Hij weet niet zoveel. Zijn blik is leeg. Van de honger, vermoed ik, van de ellende en het verdriet. Welke toekomst heeft die jongen? En waar? Met wie? Hoe verwerkt hij wat hij meemaakt? Wat zal er van die jongen worden? Wie sluit hem in zijn armen? Hoe reageert een jongen van twaalf op een wereld die hem niet hoeft? Heeft hij wel voldoende te eten? En hoe zit het met zijn kledij? Schoon ondergoed? Hygiëne? Wanneer kan hij naar school? Wie is zijn juf? Waar is zijn mama? Zijn knuffel? Waar blijven zijn vriendjes? Wanneer kan hij gewoon nog eens voetballen, zonder angst? Wanneer kan hij weer lachen? Wanneer kan hij gewoon weer kind zijn? Wie zal hem kansen geven? Grote of kleine? Wie?